EEN LANGE EEUW TAALPOLITIEK IN FLANDRIA EN WALLONIA

Nederfrans / Flallon
Nederfrans / Flallon

 

LEES MEER – DENK

(deel twee)

 

 

Wij zetten onze tryptiek voort.

 

DEEL II

 

 

De drie volumes waarvan binnenkort sprake zal zijn horen thuis in de boekenkast van iedere denkende Belg, althans diegenen die de Vlaamse taal kunnen lezen. Ze zijn alle drie het resultaat van een diepgaande analyse van historische feiten door auteurs met een sterke persoonlijkheid.

 

Over de kwaliteit van de historische analyse kan ik mij niet uitspreken – mijn bekwaamheid terzake is beperkt – maar het boeiende karakter van elk werk, de inzet van de schrijver(s) en het belang van die materies voor ons gemeenschappelijke bewustzijn en ons humane geweten staan als een paal boven water.

 

Ik ben een “taalholebi”.

Mijn moeder is in Koksijde geboren en ze heet Dehaze met haar meisjesnaam terwijl mijn grootmoeder langs moederkant een Demeulenaere was. Mijn taalhomofiele kant spreekt Vlaams: voor de liefde, om te vloeken, in mijn dromen.

Mijn vader was van Fontaine L’Evêque en heette Charlier, Renier langs moederkant. Mijn taalheterofiele kant rekent in het Frans, rijmt in het Frans, kookt in het Frans.

Mijn taalbipotentialiteit heeft ervoor gezorgd dat mijn twee zonen hun onderwijs in het Nederlands genoten hebben, terwijl mijn dochter altijd naar de Franse school gegaan is.

 

Taal als dusdanig vertegenwoordigt voor mij geen politieke overtuiging in se. Ze kan echter wel de uiting zijn van een politiek bewustzijn of van een protest tegen een bedreigend bewind of een oppressieve meerderheid.

 

België als entiteit is een historische onzin, maar dat vormt het onderwerp van het derde luik van onze tryptiek. Dit betekent geenszin dat de twee (drie ?) taalgemeenschappen verplicht op taalgebied in konflikt met elkaar moeten treden.

 

Prof. Witte is rector geweest van mijn universiteit en is voorzitster van het Viges. Prof. Van Velthoven was hoogleraar in Gent. Na dit boek te hebben gelezen houdt men de indruk over dat ze allebei behoren tot een zeer zeldzaam type: de atheïstische Flaminganten. Zij zijn erin geslaagd de Taalkwestie los te maken van het nationalisme en van de Kerk, zonder echter de talrijke raakvlakken tussen die verschillende invloeden te negeren. Voor hen staan alle elementen om de taalstrijden op een rationele manier uit te leggen ter beschikking, en mogelijkerwijze ook de potentiële oplossingen op die problematiek. Ik ben er persoonlijk van overtuigd dat de twee landsdelen uiteen moeten gaan, en zullen gaan, maar NIET omwille van de taal, wel omwille van uiteenlopende versies van het “Volksgeist”.

 

België moet barsten, niet als gevolg van wederzijdse haat, wel opdat onze ex-landgenoten uiteindelijk een peaceful bestaan zouden kunnen leiden. En wat er met de koninklijke familie gebeurt is de minste van mijn zorgen.

 

Nu, veel leesplezier desalniettemin en ENJOY !

 

Ref.: Strijden om Taal, Els Witte – Harry Van Velthoven,

        Uitg. Pelckmans (Kapellen), 2010

 

 

Écrire commentaire

Commentaires: 0